Opdracht 10 - Verdiepingsopdracht
Rechters in Nederland moeten handelen volgens de wet. Ze beoordelen of mensen volgens de wet gehandeld hebben. In het geval van een strafzaak beoordelen ze enerzijds of de (vermoedelijke) dader zich aan de wet gehouden heeft. Anderzijds beoordelen ze of de politie op een wettige manier aan het bewijsmateriaal gekomen is.
Bekijk het volgende filmpje over de dilemma's waar een rechter soms voor komt te staan.
http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20071205_derechter01
Beantwoord de volgende vragen over dit filmpje in een word-document.
Vraag 1. Is een bewijs hetzelfde als een feit? Leg het verschil uit in je eigen woorden.
Vraag 2. Hoe komt een rechter tot een bepaalde overtuiging?
Vraag 3. Zou je jezelf kunnen voorstellen dat je iemand die van moord verdacht wordt vrij zou moeten spreken omdat het bewijs onvolledig is? Leg uit waarom je dat vind.
In sommige landen komt het voor dat burgers betrokken worden in de rechtspraak van dat land. We noemen dat met een duur woord 'burgerparticipatie'.
Bekijk het volgende filmpje over 'burgerparticipatie' en beantwoord daarna de vragen.
http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20100317_strafrechtburgerparticipatie07
Vraag 4. Leg kort in je eigen woorden uit wat burgerparticipatie inhoudt?
Vraag 5. Hoe zou het kunnen dat in landen waar burgerparticipatie voorkomt, er beduidend minder veroordelingen voorkomen?
Vraag 6. In Nederland is de doodstraf afgeschaft in 1870. Noem eens 2 argumenten waarom dat een verstandig besluit is geweest.
Vraag 7. Noem nu eens 2 argumenten waarom dat besluit niet zo goed is geweest.
Lever in via r.coenen@niekee.nl
Succes.
Maak jouw eigen website met JouwWeb